Overtuigen, niet beboeten

By in
Overtuigen, niet beboeten

Het lijkt erop dat de overheid niet goed weet te kiezen bij het afkondigen van (corona)crisismaatregelen. Je ziet ze bijna denken en soms wanhopen: ‘Moeten we nu verleiden of verbieden?’ Het resultaat is steeds een mengelmoes: de bede van de premier om afstand te bewaren, om je verstand te gebruiken, tegenover nieuwe boetes die kunnen worden opgelegd. Het is voor sommigen verwarrend en dan schiet elke communicatie het doel faliekant voorbij.

Overtuigen werkt en beklijft beter dan afdwingen. Als iedereen weet en aanvaardt dat bepaalde maatregelen verstandig en nodig zijn, dan is de communicatiestrijd gewonnen. Daar is wel iets voor nodig: vertrouwen. In deze crisis: vertrouwen in de politiek en de wetenschap.

Is dat vertrouwen er niet, dan is het zo goed als onmogelijk om gedragsveranderingen te bevorderen door overtuiging en overreding. Sterker: dan ontstaat zelfs de neiging om precies het tegenovergestelde te gaan doen.

Gelukkig is het gros van de Nederlanders nog steeds bereid om iets aan te nemen van de ‘boven hen gestelden’. Daar moet – zo blijkt deze dagen – wel zeer zorgvuldig mee worden omgegaan. Want die bereidwilligheid kan in tijden van een crisis als deze aan het wankelen worden gebracht.

Daarom is het te betreuren dat allerlei vreemde vogels zichzelf (vooral op social media) tot ‘autoriteit’ benoemen. Kritische beschouwingen? Prima. Maar vooropgezette pogingen om het tapijt onder alles en iedereen weg te trekken? Not so good. Dat laatste leek ook in de politiek te gebeuren: twijfel zaaien omdat je nu eenmaal in de oppositie zit. En dat dan verkopen als controle op wat de coalitie doet. Het gebeurt nog steeds in de wetenschap: er is altijd wel een witte jas te vinden die het niet alleen héél anders ziet, maar er bovendien geen been in ziet om collega’s onderuit te schoffelen.

Andersom: voor de chef-crisisbestrijders is het een dure plicht om zo min mogelijk ruimte te laten voor raddraaiers, onheilsprofeten of ontkenners. Ruimte voor honderd vervolgvragen moet er eigenlijk zo min mogelijk zijn. Alleen dan weet Nederland wat wel/niet te doen en waarom; dwang en boetes overbodig.

Daar zijn nog wel wat stappen te zetten: meer overtuigen (alleen een minderheid gooit de kont tegen de krib), duidelijker boodschappen, meer in beeld dan in tekst, regelmatiger (liefst dagelijks) persconfereren. Met minder sprekers overigens. Zo houdt de overheid regie en wordt bewezen dat de door sommige andere landen bekritiseerde ‘light’ aanpak van de crisis voor Nederland de juiste was.